Eenzaam

Eenzaam kijkt hij om zich heen. Helemaal alleen. Geen leven om hem heen, daarom is hij zo alleen. De zon schijnt, maar niet in hem. Hij kijkt verlaten in het duister. Niemand die hem roept, meer dan iemand die hem niet kent. Want het is een heel eenzame vent. Elke dag maar weer staat hij als een echte heer, maar niemand gunt hem eer. Dit is zijn leven waar niemand iets om zal geven.

Hij wacht op het station. Nog steeds op zijn geliefde. Na twintig jaar gelooft hij dat ze terugkomt. Maar elke dag is het hetzelfde liedje. Geen vrolijk gezicht, ’s avonds alleen maar tranen. Is ze overleden? Is er iets anders gebeurd? Niemand weet het… Maar ook niemand die hem helpt! Elke dag een sprankje hoop, elke dag een geloof… Dat ze terugkomt!

Zo jong waren ze en zo prachtig. Allebei dertig en zo verliefd. Nu zijn ze vijftig… Maar elk spoor van haar lijkt te zijn verdwenen. Herinneringen leven voort, maar bij elke trein die stopt, stopt het voor even. Want zal ze uit de trein stappen? Nee, weer niet! En het is ondertussen de laatste van vandaag… Sip loopt hij naar huis. Gaat in bed liggen en valt in slaap… Huilend! De volgende morgen staat hij er… Omdat hij zo van haar houdt!

Ein-de-lijk… Daar bij de poort staat ze dan… Na zo lang wachten! Ze rennen naar elkaar toe en zijn zo ontzettend blij dat ze weer samen zijn… Dan lopen ze hand in hand door de poort. De hemelpoort… Eenzaamheid hoeft niet meer, ze volgen de borden ‘hiernamaals’ en ze leven nog lang en gelukkig! En op het station? Daar gaat alles zoals het gaat. Elke dag weer!

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *