Maar het kind lacht…

Het regent, dondert en flitst, een flinke knal volgt en na een traan lacht het kind. Er klinkt ruzie, er klinkt geschreeuw en de deur wordt dichtgesmeten… maar ondanks alles lacht het kind. Er wordt vergeven, uitgepraat en geknuffeld, de belofte er altijd voor elkaar zijn in voor en tegenspoed wordt altijd trouw nageleefd, het kind lacht en is trots… Er rijden tanks door de straat, er wordt geschoten en er vallen onschuldige slachtoffers, het kind krijgt het mee maar een dag later lacht het kind weer na troost… Er is geen toetje, geen vlees, het bordje avondeten is schaars maar toch lacht het kind… Er is armoede, alles is anders geworden, zorgen overheersen, verdriet is zichtbaar in beeld, maar het kind lacht… De tandarts vindt een gaatje bij het kind en deze pakt voorzichtig de boor, het kind begint te huilen, maar na het gerust te hebben gesteld lacht hij… Het gaatje wordt gevuld en het enige dat je in de ogen ziet van het kind is de spanning… Een lach volgt.

Het water is ver, het water is diep, en de eerste keer is het altijd spannend om met pa en ma mee te gaan dat grote diepe en koude water in, toch lacht het kind. De golfjes bewegen om het kind, om de ouders en af en toe gaat het kopje onder, toch lacht het kind. Een patatje van oma en opa, een blikje cola, samen met de ouders, het is gezellig en het kind heeft water overwonnen. Het kind lacht van trots! Nadat de buikjes zijn gevuld met patat en cola rijden ze naar huis, maar wat is dat nu? Een knipperend controlelampje op het dashboard… Even later volgt een rood lampje en het dashboard is net een kerstboom… Hoe kan dit nu gebeuren? Iedereen gaat aan de kant van de weg staan en de wegenwacht wordt gebeld. Een uur staan ze te wachten en wat blijkt, de motor is in de soep gelopen door slecht onderhoud… Er klinkt licht geruzie, want hoe moesten zij een garage betalen? Toch lacht het kind…

Dan maar een potje mens erger je niet in de berm, opa en oma erbij en met z ‘n vijven gaat het uur vrij snel voorbij. Het kind kijkt om zich heen en ziet in de verte zwaailichten. Het is de wegenwacht en even later wordt de auto afgesleept. Eenmaal thuis is er zorg, want hoe komen ze in vredesnaam weer aan een andere auto? Beide ouders hebben geen werk meer, maar toch moet het kind naar school gebracht worden… Dan maar op de fiets! Na beide banden te hebben opgepompt gaan moeder en kind tijdens een flinke bui naar school. Moeder baalt en huilt, maar het kind lacht… De regen giet om hun en door hun en eenmaal op school staat de juffrouw klaar met een handdoek. Een praatje volgt en moeder gaat weer alleen naar huis… Pa en ma huilen bij elkaar uit, en vervolgens bekijken ze de oplossingen die mogelijk zijn. Het kind is op school, daar waar hij even niet wordt betrokken bij de problemen thuis… En dan komt er een brief in de brievenbus…

Het is een uitnodiging voor een sollicitatie, de vader mag eind van de week op gesprek en laat hij nu nummer één worden?! Een week later begint vader op zijn werk en er wordt voorgoed afscheid genomen van armoede… Ondanks dat papa er overdags niet meer is lacht het kind. Hij zorgt voor centjes zegt ma. Het kind glundert en begint over vakantie en een auto. Ma zegt ‘die kunnen we nu weer kopen’ en een maand later staat er een auto op de stoep. Ookal is het een oude auto, tóch lacht het kind… Samen kunnen ze weer een stapje verder, ze kunnen weer meer, ze hoeven niet meer nat te worden in de regen of door donder en bliksem fietsen, ze zitten weer veilig in hun auto. Op een dag komt het kind thuis, maar toch wat droevig. Hij is gepest deze dag maar toch lacht hij even later… Na een troost en een gesprek is alles weer goed, en de pesters… Zij haasten zich de volgende dag met spoed! Weg van het kind…

Drie pesters, zes blauwe ogen en drie bloedneuzen… Nadat ze de volgende dag een ketting van opa en oma hadden kapotgemaakt draaide het kind even door… De hele dag moest het arme kind op school zitten en straf schrijven. Geen pauze, geen gezelligheid, alleen maar straf! Ookal heeft hij goed gehandeld. Dan komt moeder hem ophalen en vraagt waarom hij straf zit te schrijven. Na uitleg door de juffrouw barst moeder in woede uit naar de docente en ondanks alles lacht het kind… De juffrouw ziet dat en stuurt hem terug waarbij moeder hem oppakt en zegt ‘hij gaat met mij mee en hier hebben we nog een appeltje over te schillen!’. Ondanks alles volgt er thuis een preek… ‘Je mag nooit iemand een bloedneus en blauwe ogen slaan!’ maar vader haakt in en is het niet met de uitspraak van moeder eens… Ondanks een felle ruzie lacht het kind terwijl het boven zit na te denken wat hij heeft gedaan. Peter, het kind, komt beneden en zegt dat het hem spijt wat hij heeft gedaan…

Pa zegt dan ‘ik begrijp het jongen’ en ma sluit zich er even later bij aan… Ze hebben van je spullen af te blijven en na een troost gaan ze samen weer mens erger je nieten… Oma en opa komen ook op bezoek en de avond duurde nog gezellig lang! Het kind lacht en is het leed van de dag weer vergeten. Ondanks alles lacht het kind altijd, daar waar het kan en waar het mag, soms huilt het, en dat mag altijd! Soms mag het kind zich zelf laten zien dat er niet met hem te sollen valt, daar waar het mag en kan, en soms zelfs moet! Ondanks een leven met vreugde, maar ook verdriet lacht het kind omdat de ouders onvoorwaardelijk van hem houden! Ze zien hem als een geschenk van boven, een prachtverschijning! In weer en wind, bij donder en bliksem, bij aangedaan verdriet door andere onnozele mensen, bij armoede, bij wat dan ook, de ouders zorgen altijd voor een warm nest, want dat is wat het kind verdient! Onvoorwaardelijke liefde, voor altijd!

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *