
Sneeuwpret
Sneeuw ligt er, de wereld is prachtig wit en de sneeuwballen vliegen om je oren als je in de buurt bent van spelende kinderen. Even verderop liep jij, en warempel glijd je uit en lig je languit op de stoep. Ik probeerde me naar je toe te haasten want je stond niet meer op. Gelukkig was ik snel bij je en ik stak mijn beide armen uit. ‘Gaat het met je?’ is wat ik je vroeg en ik probeerde je overeind te trekken. Uiteindelijk vielen we beiden en kwamen we op elkaar terecht. Nu lagen we beiden op de grond en wie zou er nu als eerst overeind komen?
Ik laat me niet kennen en al strompelend trok ik je overeind. Het was me wel weer een dag maar gelukkig bleef het bij een paar schrammetjes en al gierend van het lachen gingen we weer onze eigen weg. We waren allebei enorm geschrokken en we wisten ons geen houding… het was wel een hele intieme glijpartij. De dag gaat voorbij en er ontstond iets in me, een soort van vlinders in de buik gevoel of iets wat erop leek… Toen ik je zag voelde het alsof ik je al langer kende en je ogen, die glommen ondanks de schrik en de lach alsof je me ‘interessant’ vond. Misschien vind ik je wel leuk…
Gelukkig ging het met jou ook aardig goed, maar samen waren we wel van die strompelaars geworden. Het is laat in de avond en ik laat mijn hond uit, en in de verte zie ik je lopen. Het is behoorlijk donker maar opeens klinkt er een klap. Daar lig je weer, en nu midden op straat… Ik haast me naar je toe en ik trek je opnieuw op. “Gaat het?!’ is wat ik je opnieuw deze dag vraag. Daar zitten we dan, op een bankje. Samen kijken we naar de prachtige sneeuw. Ik steek mijn hand uit om me aan je voor te stellen en je antwoord met Patricia. Je stem, die klinkt me als muziek in de oren!
We zitten al gauw een uur op dat bankje, en er ontstaat een leuk gesprek. Graag wil ik je uitnodigen op de koffie en een lekker stuk gebak. Dát hebben we nu wel verdiend na twee glijpartijen. Nouja eigenlijk vier samen met ons tweeën. Ik behandel je wondjes en probeer je gerust te stellen. Verlegen is wat je klinkt maar bij mij hoeft dat niet! Het is ook niet gek, want we zijn vreemd voor elkaar. Ik wil toch die gewaagde vraag stellen… Heb je een vriend of ben je getrouwd? Ik weet alleen niet wanneer, hopelijk kom ik daar deze avond achter.
Op een moment dat je voor de open haard zit je op te warmen, naast mij, vertel je me waar je woont. Gelukkig voel je je ‘veilig’ en prettig. Er klinkt iets in mijn oren wat ik graag had gehoord. Je bent ‘unhappy’ single. Ik gun het je niet, maar het woord ‘single’ klonk me als een klank waar ik gelukkig van word. “Hoezo unhappy single?” is wat ik je vraag… Je mist het samenzijn en kinderen, en dat is ook logisch want ik schat je zo rond de dertig. Even later krijg ik gelijk… Je bent precies dertig. Dát past ideaal bij mij denk ik bij mezelf.
Zal het dan nu toch een keer goed gaan? Is wat er kort daarna in me opkomt. Ik heb al zoveel tegenslagen gehad en nu? Ik kan het me niet voorstellen, maar toch lijkt het dat we steeds dichter bij elkaar komen. Het wordt een steeds serieuzer gesprek en ik wil nu ook het liefst alles van je weten. “Mag ik mijn dikke wintertrui uitdoen” vraag je aan me, en ik antwoord “ga je gang”. Ik vind het uiteraard niet erg, geef ik eerlijk toe. Je zit daar in je shirtje met lange mouwen, en daar zie ik je prachtige figuur……
Je woont nog bij me in de buurt ook, een paar straten verderop. Ik woon hier nu al vele jaren en hoe kan het dat ik je nog nooit heb gezien? Je antwoord is duidelijk: je bent gescheiden en woont sinds een paar weken dicht bij mij. Zo kan ik altijd mijn vleugels over je uitsteken. Dit is wat ik ook tegen je zei. Je glimlach komt weer te voorschijn en ik word helemaal gek van binnen! Uiteindelijk lachen we om al onze grappen en komt er een mix van een lach, maar ook een traan. We lijken zo goed bij elkaar te passen!
Je vertelt dat je tijdelijk bij je oudere zus woont, en dat je op zoek bent naar woonruimte voor jezelf. Ik zou haast zeggen dat je bij mij mag komen wonen, maar dat is wel érg vroeg. Laten we eerst eens proberen om niet opnieuw allebei een teleurstelling te verwerken krijgen en wat er dan gebeurt… dát zien we dan wel. De nacht duurt niet lang meer en de volgende dag moet ik weer werken, net zoals jij. Het scheelt, ookal zijn we allebei bekaf op ons werk, we hebben nu iets meer meegenomen dan alleen onze broodtrommel… namelijk elkaars 06 nummer zodat we eindeloos kunnen appen.
We stellen elkaar gewaagde vragen en excuseren ons daar elke keer voor, maar via selfies laten we merken met een duim omhoog dat het goed is. Van het één komt het ander en ‘s avonds komen we weer samen. We eten samen een lekker zelfgebakken recept en daarna gaan we schaatsen. Erg gewaagd als we dat samen doen, maar toch doen we het. Eenmaal samen op het ijs schaatsen we naast elkaar en drie keer raden… we vallen, en hoe! Wéér op elkaar en dit keer hebben we samen dezelfde gedachte… De eerste kus is een feit!
We helpen elkaar overeind en gaan samen aan de kant zitten. Hand in hand laten we ons achterover ‘vallen’ in de ijzige kou, maar we weten ons wel warm te houden. Binnen twee dagen hebben we elkaar al glijdend met vallen en opstaan leren kennen en ik denk dat we ook zéker samen nog even zullen doorglijden, hopelijk voor een lange tijd, hopelijk worden we samen oud. Ookal is het allemaal nog erg pril, maar het is zo compleet tussen ons. We snappen elkaar, we houden van hetzelfde en oh… waar we ook van houden is elkaar enorm te kietelen totdat we in elkaars armen eindigen……

